Rocco Rockt
Op 9 februari 2018 heb ik onderstaande column geschreven. Zo zie je maar weer dat alles wat je bedenkt werkelijkheid kan worden.
IK lees een emotioneel bericht over het afscheid van een trouwe viervoeter uit Egmond aan Zee. Oeschi, een Mechelse herder was een half jaar ouder dan onze Rocco. Het wanhopige verdriet van de schrijfster raakt me diep en een golf angst slaat door mijn lichaam, snel klik ik het bericht weg. Verslagen blijf ik zitten, rommel mezelf bij elkaar en weet dat ik mijn eerder bedachte blog op mijn buik kan schrijven. Het zit op mijn huid, de angst hem te verliezen. Hoe omschrijf ik het warme gevoel dat ik krijg wanneer ik hem als een wokkel gedraaid in zijn mand zie liggen, ongegeneerd met zijn poten wijd. De vertedering als hij aan ons bed welterusten komt zeggen, hij eerst zijn neus tegen manlief aanduwt en daarna tegen mij, altijd in die volgorde.
‘Lieve Rocciediepokkieschattepattat, welterusten,’ wens ik. Infantiele woorden die hem geruststellend in zijn grote witte oren klinken. Hij sjokt naar zijn mand, de nacht kan beginnen.
‘Dag mooierd,’ begroet ik hem slaperig op weg naar mijn ochtendplas. Hij ligt naast mijn bed. Met mijn tenen kroel ik over zijn rug. Zijn donkerbruine ogen zeggen: Ik ook van jou. Zijn wenkbrauwen versterken de vele uitdrukkingen op zijn kop. Wij maken er een sport van in te vullen wat hij denkt: Moet het nou? Hahaha. Echt niet. Doe niet zo moeilijk. Ik wil nog niet naar huis. Het regent! Hoe vind je mijn stok? Laten we lol maken.
Wanneer ik huil legt hij zijn kop aan mijn voeten, wanneer ik schrijf wijkt hij niet van mijn zijde, hij ploft zijn poot op mijn schoot als hij honger heeft. Trots kijken we hoe hij door de kamer sjeest met een tennisbal in zijn bek. “Onze Rocco, rockt”, zeggen we vaak tegen elkaar. We weten heus wel dat deze rocker volgens de statistieken elk moment kan omvallen. Dat gaat ons niet gebeuren, nog lang niet, Rocciedoggie gaat alle records verbreken, let maar op! De gedachte hem op een dag te gaan verliezen veroorzaakt kortsluiting in mijn kop, paniekerig duw ik de gedachten weg.
‘Wat moet ik zonder jou Roc,’ fluister ik soms en begraaf mijn hoofd in zijn dikke warme vacht.
De laatste twee jaar breng ik meer tijd met hem door dan ooit. Een kers op de sabbaticaltaart en mijn huidige schrijversleven. Ik denk terug aan de zomer van 2016 waar we met zijn tweetjes vier dagen dagelijks 20 kilometer aflegden in het Limburgse land. Met mijn Rocco liep ik van hotelletje naar hotelletje. Een van mijn meest gelukkige vakanties.
Dat kan hij nu niet meer, denk ik opeens en een huivering kruipt langs mijn ruggengraat. Trouwens, hij slaapt erg veel de laatste tijd. ‘He, ouwe dibbes,’ zeg ik, steeds vaker, tegen hem. Met één oog kijkt hij me aan, trekt een wenkbrauw op en legt z’n kop met een zucht neer.
Rocco is op 5 mei 2018 heel plotseling overleden.