Perfecte dag

Met mijn oortjes in op mijn mediatie kussentje ga ik ervoor zitten. Op goed geluk heb ik een ochtendmeditatie geselecteerd van You-tube, getiteld “De Perfecte Dag”. Precies wat ik nodig heb aangezien mijn dag om vijf uur in alle onrust met echtelijk gekissebis is begonnen. Het panfluitmuziekje maakt me kalm, alleen al door het feit dat ik deze tijd voor mezelf neem. Ik wiebel op mijn zitbotjes heen en weer en geef me over.  De stem fluistert: “…Adem in…” De frisse lucht prikkelt mijn neus en longen. “…en uit, hélemaal uit.”
Mijn handen leg ik op mijn buik en laat deze goed opbollen en trek hem weer zo plat als mogelijk in.

“Hoe ziet jouw perfecte dag eruit? Wat heb je nodig voor een perfecte dag? Adem in…”
En ja hoor, daar gá ik, treetje voor treetje daal ik af naar mijn zielenroerselen. Tot de stem zalft: “…Voel je dan bijvoorbeeld de zon op je gezicht en hoor je vogeltjes fluiten? En wat is je humeur?…”

Hé, laat me nou zelf mijn perfecte dag invullen, denk ik geërgerd. Ongewild hobbel ik een tree of wat naar boven, afgeleid door de fantasieën van de stem. Ik concentreer me op mijn hart. Dat helpt. Opnieuw laat ik me meevoeren op de tingeltangelfluit  en vind mijn ademritme.

“Ontspaaan, voel waar jouw ontspanning in je lijf  zit en breidt dit gebied uit…”

Dat spreekt me aan, ik doe wat ze zegt. Het moet toch lukken, het gaat lukken. Ontspannen. Een makkie. Net als ik bijna aankom bij mijn buik, waar de oase van ontspannenheid  op mij ligt te wachten, vraagt de stem:

“Hoe voelt het nu je weet dat dit je perfecte dag gaat worden? Neem je tijd om op te staan.”

Húh? Ik ben al uren wakker tuttebel! Zo kom ik natuurlijk nooit aan mijn eigen visualisatie toe. Mijn beeld van een perfecte dag is namelijk lekker zoenen met mijn liefde, wandelen en spelen met Rocco, gefocused een stukje schrijven, een yoga oefening doen om 12 uur. Daarna mijn boekpresentatie voor Suriname voorbereiden. Op mijn perfecte dag, kus ik hier of daar nog een paar (klein)kindjes gedag krijg ik een lachbui en maak ik een pot stoofvlees. Ook al eet ik zelf geen vlees. Manlief heeft warme stevige kost nodig. En begrip van zijn vrouw dat de vliegangst hem nu al naar de keel grijpt. Dat scheelt een hoop gekissebis.

“Laat je meer ontspanning toe…” Een kromme zin. Maar ik begrijp wat de stem bedoelt. Het is een perfecte dag, nu al.

Verliefd op Britt

Ik ben verliefd. Op Britt.  Ze zegt waar het op staat en dat vind iedereen leuk. Achter haar laat de camera lachende mensen zien. Ze schudden hun geëngageerde hoofden en dikke buiken van de lach. Het lachen om Britt is een mengeling van arrogantie en ongemak. Britt is wars van hoe het hoort, ze doet hoe het bij háár hoort. Vaag herinner ik me dat ze ooit openlijk werd uitgelachen, tenminste zo leek het. Dat kwam omdat zij dingen durfden te zeggen waar anderen voor in hun broek poepten. Britt fungeert wat dat betreft als een grote lachspiegel. Regelmatig was ze te gast in diverse tv en radio programma’s, uiteindelijk werd ze stilletjes afgevoerd. Niemand merkte er iets van. Na de publiekelijke kruisiging van de vleesgeworden Barbie Samantha dachten ze op een redactie; hé hoe zou het eigenlijk met Britt zijn?  Ze trokken haar uit de paardenstal en… She Is Back!

Blonde Britt lacht haar spierwitte tanden bloot en veegt onbedoeld de vloer aan met de beroemdste presentator van Nederland. “Persoonlijk vind ik een hart opereren veel knapper dan een programma presenteren”. Zij heeft haar hart op de tong. Terwijl Prem voor zijn beurt schreeuwend  zijn visie geeft over de nieuwe donorwet, veegt Britt in één minuut zijn mening van tafel. Uit het leven gegrepen verteld ze dat haar vader al zes levens gered heeft met zijn organen. Zes! Drie keer raden welke boodschap indringender binnen komt. Ze begrijpt precies waarom mensen liever lui dan moe zijn, dat heeft ze zelf ook dat ze de belasting- en boete enveloppen te lang laat liggen. Met een donorcodicil is dat niet anders, aldus de natural woman. De studio ligt plát van het lachen. Mijn bewondering voor haar stijgt met de minuut en ook ik  gier het uit, zij durft! Ze waarschuwt voor haar emotie: “Ik weet niet of ik erover kan vertellen hoor, het maakt me nog steeds erg verdrietig en dan kan ik gaan huilen.”  De presentator luistert met een uitgestreken gezicht. Er doemen flarden herinneringen in mij op, één daarvan is dat ze de God van de NPO bijna smeekte of ie ergens wilde komen kijken of haar nog een keer wilde uitnodigen, zoiets. “Nee, ik kom niet”, zei hij destijds onverbiddelijk. Britt keek verdrietig en gekwetst. Dat was de laatste keer dat ik haar op het scherm gezien heb.

Nu is ze, béng,  in mijn hart gesprongen, wat een vrouw. Voor niemand bang, en ook nog behept met het paardenvirus. Wat wil ik nog meer? Ik zou willen dat Britt een vette middelvinger geeft, niet per ongeluk maar expres. Omdat, als het zo uitkomt ze als paarlen voor de zwijnen weer even dienst kan doen.

Lieve Britt, jij hebt weer laten zien dat je uniek authentiek bent in het media landschap. Laat ze lekker ronddrollen in hun eigen bange poepenbroekjes. Je hebt ze allemaal een paardendrol laten ruiken en dat is vet cool. Je vader zou trots op je zijn. En, je hebt er een fan bij, voor het leven. Beloofd.

 

Onguur windje

  • Ik loop naar het brood dat om deze tijd nog lauw in de schappen ligt, er is iets gaande in “mijn Appie”. Een man van een jaar of dertig, in een oubollig streepjespak spreekt een winkelmedewerker aan terwijl hij hem een ferme hand geeft.

‘Daarom kom ik onverwachts binnenlopen, om alvast kennis te maken en te kijken hoe het hier gaat, snap je?’, spreekt de dertiger. Hij is duidelijk in zijn nopjes met zijn aanpak en zichzelf. Met gel heeft hij zijn  blonde haren strak getrokken, op zijn neus een hippe veel te grote vierkante bril.

De jongen, Ahmed staat er op zijn blauwe jasje, lacht beleefd tegen zijn onverwachte bezoeker, kennelijk zijn nieuwe manager.

‘Nee, nee natuurlijk, prima hoor, wat wilt u weten?’

Wat zou hij anders moeten zeggen, denk ik.

Aangekomen bij de kassa hoor ik de vierkante bril nog bezig met zijn profileershow: “O ja, wat ik óók nog wil weten….“ zegt hij met luide stem, en loopt zonder te kijken of de jongen hem volgt weer terug de winkel in. Ahmed moet de nodige moeite doen om zijn snelle pas te volgen, ik voel medelijden met de jongen die zo zijn best doet om het zijn meerdere naar de zin te maken.

Nu nog een krantje en dan snel naar huis om te schrijven. Achter de counter staat Fatima, ze draagt een inktzwarte hoofddoek. Haar gezicht steekt er bleek bij af. Tot nu toe verraste ze mij met hoofddoeken in de meest uiteenlopende kleuren en prints. Felroze bloemen,  tropische groen, kanariegeel met abstracte figuren, strepen in alle kleuren van de regenboog.

Deze hoofddoek oogt niet bepaald opgewekt.

‘Hé, geen vrolijke hoofddoek vandaag?’ vraag ik voorzichtig.

‘Nee, dat mag niet meer.’ Ze lacht verlegen.

‘Mag niet meer? Is er iets met je familie? Ben je in de rouw?’

‘Gelukkig niet, heel veel klanten dachten hetzelfde maar van hier mag het niet meer.’

‘Bedoel je dit filiaal of landelijk?’

‘Dit filiaal, ze hebben gezegd dat ik alleen nog een zwarte of blauwe hoofddoek mag dragen.’

Fatima kijkt gekwetst.

‘Ik werk hier al meer dan twintig jaar, ik heb gezegd dat ik het er niet mee eens ben. Zelfs klanten hebben een klacht ingediend en nou mag ik er niet meer over praten, daar kan ik last mee krijgen, hebben ze gezegd.’ Snel scant ze de winkel met haar ogen. Mijn navel spant zich aan, door de golf boosheid die vanuit mijn buik omhoog komt over dit staaltje machtsmisbruik en misplaatste bemoeizucht. Fatima kijkt angstig naar mij. Mijn opwinding kan haar alleen maar last bezorgen.

‘Het is echt zonde’,  verzucht ze, ’ik heb wel 80 verschillende hoofddoeken in de kast hangen. Na een korte pauze vervolgt ze met ondeugende blik: ‘Als ik over een paar jaar ergens anders werk, dan doe ik weer lekker mijn gekleurde hoofddoeken op hoor!’ Ze kijkt mij stralend aan.

Met een knoop in mijn buik loop ik de winkel uit. Een ongure wind waait in mijn gezicht.